Paragrafen

Paragraaf Lokale heffingen

ALGEMEEN
De paragraaf lokale heffingen bevat, overeenkomstig het BBV een overzicht van het beleid inzake de lokale heffingen, de relevante ontwikkelingen die van invloed zijn op de tarieven en een verantwoording over de mate van kostendekkendhheid van tarieven inclusief de uitgangspunten die daarbij zijn gehanteerd. Daarnaast wordt een overzicht op hoofdlijnen gepresenteerd van de diverse heffingen, de lokale lastendruk en een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid. In de Gemeentewet en een aantal bijzondere wetten is geregeld welke heffingen (belastingen en retributies) een gemeente mag opleggen. De gemeenteraad bepaalt de hoogte van het tarief en welke van die heffingen ook daadwerkelijk worden geheven.

BELASTINGEN
De Gemeentewet geeft een limitatieve opsomming van de belastingen die een gemeente mag heffen. Tegenover een belasting staat geen rechtstreekse individuele tegenprestatie van de overheid. De opbrengsten dienen als algemeen dekkingsmiddel. Onze gemeente heft de volgende belastingen: onroerendezaakbelastingen (OZB) en precariobelasting. De gemeente Hillegom maakt geen gebruik van de wettelijke mogelijkheden om hondenbelasting, parkeerbelasting, forensenbelasting, BIZ-bijdrage en toeristenbelasting (of verblijfbelastingen) te heffen.

RECHTEN
Rechten zijn betalingen voor een geleverde of een bewezen dienst. Hiervan zijn de tarieven in principe volledig kostendekkend. Het is niet toegestaan een meer dan kostendekkend tarief te hanteren. In Hillegom worden afvalstoffenheffing, rioolheffing, leges en marktgeld als rechten geheven.

In de raadsvergadering van december 2021 worden de belastingverordeningen 2022 voor de bijstelling van de tarieven voorgelegd.

ONTWIKKELINGEN/ACTUALITEIT
Belastinghervormingen
Er zijn geen verdere ontwikkelingen vernomen van de minister van BZK en de staatssecretaris van Financiën over de belastinghervormingen.

Financiële uitgangspunten

  • Overeenkomstig de Kadernota 2022 wordt voor belastingen en retributies rekening gehouden met een inflatiepercentage van 1,1 %. Voor de heffingen geldt dat een compensatie alleen aan de orde is, als deze binnen de grenzen van kostendekkendheid blijft. Voor de retributies geldt dat het uitgangspunt de 100 % kostendekkendheid is.
  • Bij de berekening van de overhead wordt de maximale toegestane opslag berekend. De overhead bestaat uit de kosten voor piofach (personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting). De direct toe te rekenen kosten worden verantwoord op de taakvelden.

Kostendekkendheid
Voor het bepalen van de kostendekkendheid mogen extra comptabel de volgende zaken worden meegerekend:

a.   De directe lasten van personeel HLTsamen zijn verantwoord op het taakveld en zijn gebaseerd op de geraamde lasten uit de begroting van HLTsamen. De overhead, de kosten voor leidinggevend personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting (piofach), zijn gerelateerd aan de totale lasten van de bedrijfsvoering (zie het onderdeel Overhead bij de Algemene dekkingsmiddelen.

b.   De lasten in het prestatieveld zijn exclusief BTW. Omdat het BTW–compensatiefonds (bcf) wordt gevoed uit het Gemeentefonds, is toerekening van de BTW geoorloofd.

c.   Bij de berekening van de baten wordt een derde van de kosten van het prestatieveld Straatreiniging toegerekend aan de heffing afvalstoffenheffing en het rioolrecht. De kosten van straatreiniging worden mede gemaakt om het zwerfvuil te verminderen en om verstoppingen in het rioolstelsel te voorkomen.
d.   Het is geoorloofd om het bedrag aan kwijtscheldingen te compenseren in het tarief.
e.   De kosten, gemaakt voor inning en invordering door de gemeenschappelijke regeling Cocensus mogen worden toegerekend aan de rechten. Deze zijn gerelateerd aan de kostentoerekening van Cocensus.

Overzicht lokale heffingen
In het volgende overzicht worden de opbrengsten van de lokale heffingen weergegeven.

Lokale heffingen

Realisatie
2019

Realisatie
2020

Begroting
2021

Begroting 2022

Onroerende zaakbelasting

3.917

4.133

4.327

4.881

Precariobelasting

2.135

1.995

1.909

16

Overige baten (dwangbevelen)

41

28

32

32

Totaal niet bestedingsgebonden

6.094

6.156

6.268

4.929

Afvalstoffenheffing

2.571

2.664

3.114

3.188

Rioolheffing

2.291

2.323

2.384

2.524

Secretarieleges

315

235

349

313

Bouwleges

265

502

350

510

Begrafenisrechten

80

64

84

84

Rechten en Marktgelden

13

12

13

13

BIZ-rechten

74

0

0

0

Totaal gebonden aan bestedingen

5.609

5.801

6.293

6.633

Totaal

11.703

11.957

12.561

11.562

ONROEREND ZAAKBELASTINGEN
De vastgestelde WOZ-waarde vormt de grondslag voor de onroerendezaakbelastingen (OZB), de Waterschapsomslagen gebouwd en het huurwaardeforfait voor de inkomstenbelasting. De WOZ-administratie is een basisregistratie. De waarden worden op grond van de Wet WOZ jaarlijks herzien en zijn op basis van de Meicirculaire 2020 aangepast met de genoemde percentages bij het onderdeel OZB.
De marktontwikkeling bij woningen wordt, op basis van de Waarderingskamer, geschat op een stijging van 9 %. Voor niet-woningen wordt de waardeontwikkeling geschat op een waardestijging van 0 %.

De opbrengsten van de OZB voor zowel woningen als niet-woningen (eigenaren en gebruikers) zijn verhoogd met het inflatiepercentage van 1,1 %. De opbrengsten zijn daarnaast verhoogd ter compensatie van de wegvallende precariobelasting voor kabels en leidingen. De geraamde leegstand bij niet-woningen is over beide heffingen verdeeld, zodat de prikkel tot verhuren mede bij de eigenaren is ondergebracht. De tarieven van de OZB zijn gebaseerd op de WOZ-waarde en worden per jaar vastgesteld. Het tarief van 2022 wordt gebaseerd op de waarde per 1 januari 2021. De marktontwikkeling wordt gevolgd door Cocensus.

De ontwikkeling van de onroerendezaakbelasting tarieven van de afgelopen jaren waren:

% van de WOZ-waarde

% van de WOZ-waarde

2019

2020

2021

Woningen

Eigenaar

0,1022%

0,0989%

0,0962%

Niet-woningen

Eigenaar

0,2172%

0,2221%

0,2366%

Niet-woningen

Gebruiker

0,1311%

0,1344%

0,1434%

Bij de vaststelling van de OZB-verordening, medio december, wordt de laatste prognose van de WOZ-waarde per 1 januari 2020 bepaald om zodoende een juist percentage van de heffingsmaatstaf te kunnen vaststellen en de geraamde opbrengsten, inclusief de uitgangspunten te garanderen.

PRECARIOBELASTING

Precariobelasting wordt geheven voor het innemen of gebruiken van openbare grond. De precariobelasting voor kabels en leidingen is per 1 januari 2022 afgeschaft. De wegvallende precariobelasting is deels ondergebracht bij de OZB. De tarieven zijn verhoogd met het vastgestelde inflatiecijfer 1,1%.

OVERIGE BATEN

Bij de inning van de achterstallige belastingen en rechten worden wettelijke aanmanings- en dwangbevelkosten in rekening gebracht.

REINIGINGSHEFFINGEN

Reinigingsheffingen bestaan uit de afvalstoffenheffing voor huisgezinnen en overige reinigingsrechten. De overige reinigingsrechten heffingen worden betaald voor het inzamelen en verwerken van afvalstoffen op de gemeentewerkplaats. De afvalstoffenheffing geldt voor huishoudens.

2020

2021

2022

Normaal

Klein

Meer-persoons

Één-persoon

Meer-persoons

Één-persoon

Vast tarief

€ 286,50

€ 260,30

€ 330,00

€ 300,00

€ 335,00

€ 305,00

Het vernieuwde BBV schrijft voor dat er een duidelijk overzicht is van de kostendekking. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de afvalkosten.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekking afval

Taakveld

Omschrijving

Afval

Kosten van taakveld

2.667

Baten van taakveld

444

Netto kosten

2.223

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

124

b.

BTW

575

c.

Afvoeren veegafval

100

d.

Kwijtschelding

93

e.

Perceptiekosten

73

Totale kosten

3.188

Opbrengsten heffingen

3.188

Kostendekkingspercentage

100%

RIOOLHEFFING

De rioolheffing wordt geheven ter bestrijding van de kosten van de gemeentelijke watertaken (afvalwater, hemelwater en grondwater). De opbrengst van de rioolheffing is gebaseerd op 100 % dekking van de kosten. De kosten zijn aangepast aan het nieuwe GRP.

De grondslag bij woningen is gesplitst in één- en meerpersoonshuishoudens en bij niet-woningen het waterverbruik te hanteren als grondslag, verdeeld in acht schalen. Met alle (minimale) wijzigingen en de genoemde uitgangspunten is de rioolheffing 100 % dekkend en zijn de tarieven berekend op:

Woningen

2020

2021

2022

2 of meer persoonshuishoudens

€ 230,25

€ 233,60

€ 244,00

1 persoonshuishoudens

€ 201,25

€ 204,60

€ 215,00

Niet-woningen

2020

2021

2022

<100

€ 204,25

€ 204,60

€ 215,00

100-250

€ 249,25

€ 249,60

€ 260,00

250-500

€ 321,25

€ 321,60

€ 332,00

500-1000

€ 456,25

€ 456,60

€ 467,00

1000-2000

€ 726,25

€ 726,60

€ 737,00

2000-4000

€ 1.266,25

€ 1.266,60

€ 1.277,00

4000-6000

€ 1.986,25

€ 1.986,60

€ 1.997,00

>6000

€ 3.786,25

€ 3.786,60

€ 3.797,00

Garages/trafo's

€ 50,00

€ 50,00

€ 50,00

Het vernieuwde BBV schrijft voor dat er een duidelijk overzicht is van de kostendekking. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de rioolkosten.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekking Riolering

Taakveld

Omschrijving

Riolering

Kosten van het taakveld

1.716

Baten van het taakveld

0

Netto kosten

1.716

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

208

b.

BTW

366

c.

Afvoeren veegafval

100

d.

Kwijtschelding

78

e.

Perceptiekosten

56

Totale kosten

2.524

Opbrengsten heffingen

2.524

Kostendekkingspercentage

100%

LEGES BURGERZAKEN
In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten zijn de leges waar nodig verhoogd met 1,1 %. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de leges.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekkendheid leges burgerzaken

Taakveld

Omschrijving

Burgerzaken

Kosten van taakveld

550

Baten van taakvelden

0

Netto kosten

550

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

67

b.

BTW

97

Totale kosten

714

Opbrengsten leges

313

Kostendekkendheidspercentage

44%

Toelichting
Onder de leges vallen de kosten van burgerlijke stand, reisdocumenten, rijbewijzen en vergunningverlening APV.

LEGES BOUW
In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten zijn de leges waar nodig verhoogd met 1,1 %. De legesverordening wordt in 2022 aangepast aan de nieuwe Omgevingswet. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de bouwleges.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekking Wonen en bouwen

Taakveld

Omschrijving

Bouw en wonen

Kosten van taakvelden

266

Baten van taakvelden

0

Netto kosten

266

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

56

b.

BTW

32

Totale kosten

354

Opbrengsten heffingen

350

Kostendekkingspercentage

99%

Toelichting
De omgevingsvergunningen zijn ondergebracht bij de taakvelden Dienstverlening. Handhaving is geen onderdeel van de kostendekkendheid, dit is wettelijk vastgelegd. De opbrengsten heffingen zijn de leges voor omgevingsvergunningen en welzijnstoetsing en zijn de reguliere opbrengsten. De eenmalige opbrengsten voor grote projecten zijn niet in de berekening opgenomen.

GRAFRECHTEN

In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten zijn de rechten verhoogd met 1,1 %. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de grafrechten.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekking grafrechten

Taakveld

Omschrijving

Begraafpl.

Kosten van taakveld

83

Baten van taakveld

3

Netto kosten

80

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

10

b.

BTW

18

e.

Perceptiekosten

1

Totale kosten

109

Opbrengsten heffingen

84

Kostendekkingspercentage

77%

Toelichting
De kosten en baten zijn verantwoord in het taakveld begraafplaatsen en crematoria.

MARKTGELDEN

In overeenstemming met de beleidsuitgangspunten zijn de leges verhoogd met 1,1 %. Hieronder geven we inzicht in de kostendekking van de marktgelden.

(Bedragen x € 1.000)

Berekening kostendekking

Taakveld

Omschrijving

Markt

Kosten van taakveld

22

Baten van taakveld

0

Netto kosten

22

Toe te rekenen kosten

a.

Overhead

3

b.

BTW

5

e.

Perceptiekosten

1

Totale kosten

30

Opbrengsten heffingen

13

Kostendekkingspercentage

42%

Toelichting
Taakveld Economie en bedrijvigheid, onderdeel straatmarkten.

Verordening BI-zone ’BIZ Koopcentrum Hillegom’

Ingaande 2021 worden er geen heffingen op grond van de Experimentenwet Bedrijven Investeringszone (BI-zones) opgelegd.

KWIJTSCHELDINGEN

Aan degenen die niet in staat zijn om de een belastingaanslag te betalen, kan (op grond van de Invorderingswet 1990) gehele of gedeeltelijke kwijtschelding worden verleend. De ministeriële Uitvoeringsregeling Invorderingswet 1990 geeft regels over de uitvoering. Deze regeling geldt ook voor de gemeentelijke heffingen (art. 255 Gemeentewet). De gemeenteraad heeft een beperkt aantal keuzen waaronder de criteria voor de kosten van bestaan. De kwijtscheldingsnorm is bepaald op 100 % van de geldende bijstandsnorm en wordt jaarlijks met de belastingverordeningen bevestigd. Kwijtschelding kan worden verleend voor de OZB, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing.

Waar mogelijk wordt een automatische toets voor kwijtschelding uitgevoerd. Van mensen die in een jaar kwijtschelding hebben gekregen wordt het volgend jaar getoetst of de inkomens- en vermogenssituatie is gewijzigd. Bij gelijkblijvende omstandigheden wordt dan automatisch kwijtschelding verleend.

Toegekende en ingeschatte kwijtscheldingen lokale heffingen

Werkelijk 2020

Begroting 2021

Begroting 2022

Kwijtscheldingen rioolheffing

 €     70.431

 €     78.000

 €      77.500

Kwijtscheldingen afvalstoffenheffing

 €     94.127

 €    100.000

 €      92.500

Kwijtscheldingen OZB

 €         90

 €          0

 €           0

Totaal kwijtscheldingen

 €    164.648

 €    178.000

 €     170.000

WOONLASTEN

Onder de gemeentelijke woonlasten verstaan we het gemiddelde bedrag dat een huishouden in een bepaalde gemeente betaalt aan OZB, rioolheffing en afvalstoffenheffing. Door het afschaffen van de precariobelasting voor kabels en leidingen in gemeentegrond per 1 januari 2022 zijn de totale kosten voor een huishouden van belang. De kosten van de aanslag precariobelastingen van de nutsbedrijven worden immers doorberekend aan de huishoudens in de gemeenten. Aangezien de kosten voor de nutsbedrijven verminderen zullen ook de lasten voor de huishoudens verminderen.

WOONLASTEN REGIO 2021
In het volgende overzicht staan de woonlasten (zonder doorberekening precariobelasting) van Hillegom en een aantal regio- en omliggende gemeenten van het afgelopen begrotingsjaar. De OZB is gebaseerd op de gemiddelde waarde van een woning per gemeente en een meerpersoonshuishouden.

Gemeente

OZB woningen

OZB niet woningen 

Reinigings-heffing

Rioolheffing

Woonlasten huurder (afval en riool) 

Woonlasten eigenaar OZB riool en afval

Teylingen

0,0880%

0,33437%

€ 210

€ 146

€ 356

€ 614

Katwijk

0,0845%

0,4614%

€ 334

€ 133

€ 467

€ 752

Haarlemmermeer

0,0795%

0,6370%

€ 382

€ 135

€ 516

€ 809

Lisse

0,1088%

0,4539%

€ 353

€ 238

€ 591

€ 868

Hillegom

0,0962%

0,3800%

€ 330

€ 234

€ 564

€ 871

Noordwijk

0,0923%

0,2865%

€ 362

€ 189

€ 551

€ 920

Leiden

0,1240%

1,0299%

€ 390

€ 170

€ 560

€ 944

Heemstede

0,0736%

0,4127%

€ 357

€ 226

€ 583

€ 1.008

Oegstgeest

0,1073%

0,5153%

€ 390

€ 212

€ 602

€ 1.096

Bloemendaal

0,1081%

0,6299%

€ 402

€ 255

€ 657

€ 1517

Verwachte woonlasten 2022 Hillegom

€ 335

€ 244

€ 579

€ 886

Bron: Coelo.nl

Deze pagina is gebouwd op 02/18/2022 14:20:24 met de export van 12/09/2021 12:42:53